Ontstaan Linux

Unix

Unix werd rond 1970 ontwikkeld door Ken Thompson, Dennis Ritchie en andere personen van het bedrijf Bell Labs van AT&T (American Telephone and Telegraph company). Oorspronkelijk heette dit Unics (omdat het gebaseerd was op een programmeertaal Multics) dit is dan snel veranderd naar Unix wat een groot succes werd. (Weetje: Unix is gemakkelijker en niet zo complex als Multics.)

Linux is dus gebaseerd op een filosofie die zegt dat software en ideeën vrij gedeeld moeten kunnen worden. Het is vrij beschikbaar voor iedereen en iedereen mag het uitbreiden - met als enige echte verplichting om - als men de software doorgeeft of verkoopt - de verbeteringen weer met iedereen te delen. Dit soort software noemt men vrije software of ook wel open software (Open Source).

Unix veroverde de wereld. Dit kwam doordat Unix grotendeels in een speciaal ervoor ontworpen hogere programmeertaal C geschreven is en daardoor vrij gemakkelijk naar allerlei systemen overgezet kon worden. Eind 1973 werd het eerste Unix besturingssysteem in C gepubliceerd.

Bijzonder aan de eerste Unix edities is dat de broncode met het systeem meegeleverd word. Daarmee was het min of meer de eerste open-source software. Dit is de filosofie waarbij de broncode van een stuk software vrij beschikbaar is, zodat iedere enthousiaste programmeur toevoegingen of verbeteringen kan aanbrengen. 

De strenge licentievoorwaarden die gepaard gingen met de vercommercialisering van Unix hinderden een programmeur van MIT (Massachusetts Institute of Technology), Richard M. Stallman (ook bekend als RMS). Begin 1984 verliet hij MIT om een vrij Unix-achtig besturingssysteem te gaan ontwikkelen onder de naam GNU. Het is nog steeds de meest gebruikte licentie voor open-source software. Linux wordt ook onder die licentie uitgebracht. Rond 1990 was het GNU basissysteem klaar, maar had het nog geen kernel dit is de kern van een besturingssysteem die de processen en het geheugen beheert en zo ook toegang geeft tot de hardware.

Een Finse student informatica Linus Torvalds, die op de universiteit het Unix-systeem had leren kennen en voelde zich hierdoor sterk aangesproken. Alleen kon hij dit niet thuis op zijn computer gebruiken. 

Dankzij het feit dat Linus de broncode vrijgaf trok Linux veel ontwikkelaars aan die er in een aantal jaren een productief besturingssysteem van maakten. 

Eerst gebruikte hij daarvoor Minix, een Unix-achtig systeem bedoeld voor onderwijsdoeleinden. Al snel ervoer hij Minix als te beperkt, de Minix laat niet toe het naar eigen inzichten aan te passen. Dat was wel mogelijk met het GNU systeem waaraan alleen de kernel nog ontbrak. Toen kwam Linus met het geweldige idee om deze 2 samen te voegen en zo begon Linus in 1991 met de bouw van een eigen kernel voor het GNU besturingsysteem die hij Linux noemde, een samentrekking van Linus en Unix. 

Inmiddels bestaat Linux 20 jaar en dragen er duizenden ontwikkelaars aan bij, die voor het merendeel in dienst zijn van honderden bedrijven, zoals Intel, IBM, Novell, Oracle, Google etc. Zelfs Microsoft leverde recent een bijdrage in het kader van de interoperabiliteit.